Elbasvir/grazoprevir is een combinatie van twee antivirale middelen met verschillende werkingsmechanismen en niet-overlappende resistentieprofielen om het hepatitis C-virus (HCV) in meerdere fasen van de virale levenscyclus te bestrijden. Elbasvir is een remmer van HCV NS5A en grazoprevir is een remmer van HCV NS3/4A-protease; beide zijn van essentieel belang voor de virale replicatie.
Blootstelling in kinderen vanaf 12 jaar is vergelijkbaar met blootstelling in volwassenen bij een dosis van elbasvir / grazoprevir: 50 mg/100 mg
Per tablet filmomhuld elbasvir 50 mg, grazoprevir 100 mg
Chronische hepatitis C |
---|
|
GFR ≥10 ml/min/1.73m2: aanpassing van de dosering is niet nodig.
GFR <10 ml/min/1.73m2: een algemeen advies kan niet worden gegeven.
Bij kinderen ≥ 12 jaar, zonder cirrose, komt het bijwerkingenprofiel (gebaseerd op een open-label klinisch onderzoek met 22 deelnemers) overeen met hetgeen hierboven is vermeld voor volwassenen.
Het bijwerkingenprofiel is gebaseerd op klinische studies bij volwassenen met chronische hepatitis C met gecompenseerde leverziekte (met of zonder cirrose) en behandeling zonder ribavirine:
Zeer vaak (> 10%): hoofdpijn, vermoeidheid.
Vaak (1-10%): duizeligheid. Slapeloosheid, angst, depressie. Asthenie, prikkelbaarheid. Droge mond, misselijkheid, braken, (boven)buikpijn, diarree, obstipatie. Verminderde eetlust. Spierpijn, gewrichtspijn. Jeuk, alopecia. Verhoging ALAT-waarde (graad 3 of 4).
Soms (0,1-1%): verhoogde waarde totaalbilirubine (graad 3).
Verder zijn gemeld: bij behandeling met ribavirine (< 1%): TIA, anemie.
Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb
Voor een beoordeling van afname van activiteit van elbasvir of grazoprevir bij bepaalde substituties bij de genotypen 1a, 1b en 4: zie rubriek 5.1, subkop resistentie van de officiële productinformatie (SmPC)
Co-infectie met hepatitis B: Screen alle patiënten voorafgaand aan de behandeling op een infectie met het hepatitis B-virus (HBV). Gevallen van reactivatie van HBV, soms met een fatale afloop, zijn gemeld tijdens of direct na behandeling met antivirale middelen.
Leverfunctie: Reversibele, meestal asymptomatische, stijging van de ALAT-waarden (tot soms > 5× 'upper limit of normal'; ULN) treden meestal op in of na week 8 van de behandeling (bereik 6–12 weken) en dalen doorgaans onder continuering van de behandeling (of na voltooiing er van). Controleer vóór de behandeling, in behandelingsweek 8 en ook in week 12 bij een behandelduur van 16 weken en daarnaast op indicatie de leverfunctie. Laat de patiënt zich melden bij eerste tekenen van hepatitis zoals vermoeidheid, zwakte, gebrek aan eetlust, misselijkheid, braken, geelzucht en verkleuring van de ontlasting, en ook bij tekenen van leverdecompensatie of leverfalen. Overweeg staken van de behandeling bij stijging van de ALAT-waarde > 10× ULN. Staak de behandeling ook als verhoging van de ALAT-waarde gepaard gaat met verschijnselen of symptomen van hepatitis, verhoogde waarden van geconjugeerd bilirubine, alkalische fosfatase of de INR.
Bij diabetici kan na aanvang van de behandeling een verbetering van de bloedglucoseregulatie optreden, wat mogelijk leidt tot symptomatische hypoglykemie; de bloedglucosewaarden, vooral tijdens de eerste drie maanden, nauwlettend controleren en zo nodig de (dosering van) bloedglucoseregulerende middelen aanpassen.
Elbasvir is substraat voor CYP3A en P-gp. Het remt P-gp (zwak) en BCRP in de darm.
Grazoprevir is substraat voor OATP1B, CYP3A en P-gp. Het remt CYP3A (zwak) en BCRP in de darm.
Relevant:
Afname Elbasvir/Grazoprevir: de concentratie daalt door krachtige CYP3A4-inductoren, etravirine, modafinil en oxcarbazepine. Combinatie wordt ontraden.
Toename Elbasvir/Grazoprevir: de concentratie stijgt door atazanavir, ciclosporine, cobicistat, darunavir, fosamprenavir, fostemsavir, ketoconazol, lopinavir en ritonavir. Combinatie wordt ontraden.
Elbasvir/Grazoprevir verhoogt de concentratie van: atorvastatine, bepaalde DOAC’s (edoxaban, dabigatran), urologische fosfodiësteraseremmers, rosuvastatine en simvastatine.
Overig effect: combinatie met bosentan wordt ontraden.
Niet relevant:
Elbasvir/Grazoprevir verhoogt de concentratie van: midazolam en tacrolimus.
Niet beoordeeld:
Elbasvir verhoogt de Cmax van digoxine ong. 1.5-voudig.
Deze pagina geeft een overzicht van geneesmiddelen uit dezelfde ATC groep. Let op: Dit betekent niet per definitie dat deze middelen onderling uitwisselbaar zijn.
NUCLEOSIDEN EN NUCLEOTIDEN (EXCL. REVERSE-TRANSCR-REMMERS) | ||
---|---|---|
Zovirax
|
J05AB01 | |
J05AB12 | ||
Cymevene
|
J05AB06 | |
Veklury
|
J05AB16 | |
Zelitrex
|
J05AB11 | |
Valcyte
|
J05AB14 |
FOSFONZUURDERIVATEN | ||
---|---|---|
Foscavir
|
J05AD01 |
PROTEASEREMMERS | ||
---|---|---|
Reyataz
|
J05AE08 | |
Prezista
|
J05AE10 | |
Telzir
|
J05AE07 | |
Crixivan
|
J05AE02 | |
Norvir
|
J05AE03 | |
Invirase
|
J05AE01 |
NUCLEOSIDE EN NUCLEOTIDE REVERSE-TRANSCRIPTASEREMMERS | ||
---|---|---|
Ziagen
|
J05AF06 | |
Emtriva
|
J05AF09 | |
Baraclude
|
J05AF10 | |
Epivir 3TC, Zeffix
|
J05AF05 | |
Vemlidy
|
J05AF13 | |
J05AF07 | ||
Retrovir AZT
|
J05AF01 |
NIET-NUCLEOSIDE REVERSE-TRANSCRIPTASEREMMERS | ||
---|---|---|
Pifeltro
|
J05AG06 | |
Stocrin
|
J05AG03 | |
Intelence
|
J05AG04 | |
Viramune
|
J05AG01 | |
Edurant
|
J05AG05 |
NEURAMINIDASEREMMERS | ||
---|---|---|
Tamiflu
|
J05AH02 | |
Relenza, Dectoza
|
J05AH01 |
ANTIVIRALE MIDDELEN VOOR HIVINFECTIE, COMBINATIEPREPARATEN | ||
---|---|---|
Kivexa
|
J05AR02 | |
J05AR20 | ||
J05AR13 | ||
Dovato
|
J05AR25 | |
J05AR18 | ||
J05AR19 | ||
J05AR03 | ||
J05AR09 | ||
Kaletra
|
J05AR10 |
OVERIGE ANTIVIRALE MIDDELEN | ||
---|---|---|
Tivicay
|
J05AX12 | |
Celsentri
|
J05AX09 | |
Isentress
|
J05AX08 | |
J05AX24 |
ANTIVIRALE MIDDELEN VOOR BEHANDELING VAN HCV-INFECTIES | ||
---|---|---|
Maviret
|
J05AP57 | |
Harvoni
|
J05AP51 | |
Copegus
|
J05AP01 | |
Sovaldi
|
J05AP08 | |
Epclusa
|
J05AP55 |