Er is hier op dit moment nog geen informatie over beschikbaar.
Geen informatie
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Er is hier op dit moment nog geen informatie over beschikbaar.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
methanol-,ethyleenglycol intoxicatie |
---|
|
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Er zijn geen gegevens bekend over doseeraanpassing bij nierfunctiestoornissen.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Na inname van kleine hoeveelheden kunnen verminderd kritisch vermogen, emotionele labiliteit, moeilijke spraak, visusstoornissen en ataxie optreden. 'Hangover'-effecten zijn misselijkheid, hoofdpijn, duizeligheid en tremor.
Na inname van grote hoeveelheden kunnen gastritis, lethargie, amnesie, hypothermie, hypoglykemie (vooral bij kinderen), ademhalingsdepressie, cardiomyopathie, hypotensie gevolgd door hypertensie, stupor en coma optreden.
Chronisch gebruik kan leiden tot levercirrose (mogelijk zijn vrouwen gevoeliger voor het ontwikkelen van levercirrose), pancreatitis, hyperurikemie en jicht, hypoglykemie, hypomagnesiëmie, vitamine A-deficiëntie, foliumzuurdeficiëntie met als gevolg megaloblastaire anemie, pyridoxinedeficiëntie met als gevolg perifere neuropathie en sideroblastaire anemie, het syndroom van Korsakoff (amnesie en oriëntatiestoornissen), het syndroom van Wernicke (oogspierverlamming, zwaaiende gang, polyneuropathie, verwardheid en amnesie), cardiovasculaire aandoeningen, zoals hypertensie en aritmie, trombocytopenie en ketoacidose. Het syndroom van Wernicke komt meestal voor in combinatie met thiaminedeficiëntie.
Bij chronisch gebruik van grote hoeveelheden is het risico op maligne tumoren in de mondholte, de keel, de oesofagus en de lever verhoogd.
Tolerantie en afhankelijkheid kunnen optreden. Onthoudingsverschijnselen beginnen meestal 6-48 uur na de laatste inname en kunnen 2-7 dagen aanhouden. Symptomen zijn misselijkheid, verlies van eetlust, hyperreflexie, angst, slapeloosheid, zweten, koorts, hypertensie, tachycardie, convulsies, hallucinaties en tremor.
Werkt irriterend op de ogen, de ademhalingsorganen en de huid. Contactdermatitis komt zelden voor.
Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Bij ernstige intoxicatie opladen tijdens plasma-analyse. Ethanolconcentratie op 1 promille (1000 mg/l) houden. 1 liter bevat 64 g alcohol (6,4% g/v). Cave potentiering neurotoxische werking (sterke sedatie) van methanol/ethyleenglycol en alcohol. Bij brandspiritusintoxicatie eerst de laboratoriumresultaten afwachten.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Niet beoordeeld: de sedatieve werking van ethanol en andere centraal-depressieve stoffen versterkt het effect van deze stoffen en verhoogt daardoor het risico op het slagen van een poging tot suïcide.
Grote hoeveelheden ineens versterken de werking van bloedglucoseverlagende middelen en cumarinederivaten.
Ethanol verhoogt het risico op een maagbloeding bij gelijktijdig gebruik van een salicylaat of een ander NSAID.
De vaatverwijdende werking van ethanol versterkt het hypotensieve effect van nitraten en nitrieten.
De hepatotoxiciteit van methotrexaat en isoniazide wordt mogelijk versterkt.
Het disulfiram-effect kan optreden bij toediening tegelijkertijd met een sulfonylureumderivaat, cefamandol, griseofulvine, ketoconazol, metronidazol of procarbazine. Symptomen van het disulfiram-effect zijn blozen, hypotensie, tachycardie, duizeligheid, dyspneu, misselijkheid en wazig zien. Deze verschijnselen worden veroorzaakt door remming van het enzym alcoholdehydrogenase, waardoor de concentratie aceetaldehyde toeneemt.
Chronisch gebruik van ethanol induceert CYP2E1, waardoor de hepatoxiciteit van paracetamol toeneemt. Een grote hoeveelheid ethanol ineens vermindert de hepatoxiciteit van paracetamol, door competitieve remming van CYP2E1.
Chronisch ethanolgebruik verlaagt de plasmaconcentratie van doxycycline, fenytoïne en cumarinederivaten waarschijnlijk ten gevolge van enzyminductie. Verapamil verhoogt de plasmaconcentratie van ethanol.
Ethanol en fomepizol verlengen elkaars eliminatiehalfwaardetijd.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
ANTIDOTA | ||
---|---|---|
Digitalis antidot
|
V03AB24 | |
V03AB27 | ||
Anexate
|
V03AB25 | |
V03AB19 | ||
Cyanokit
|
V03AB33 | |
Kajodan
|
V03AB21 | |
V03AB17 | ||
V03AB15 | ||
V03AB06 | ||
Toxogonin
|
V03AB13 | |
V03AB14 | ||
Bridion
|
V03AB35 |
IJZERCHELERENDE MIDDELEN | ||
---|---|---|
V03AC03 | ||
Ferriprox
|
V03AC02 | |
Desferal
|
V03AC01 |
MIDDELEN BIJ HYPERKALIEMIE EN HYPERFOSFATEMIE | ||
---|---|---|
V03AE07 | ||
V03AE05 | ||
Sorbisterit Ca-resonium, Resonium A
|
V03AE01 | |
Renagel, Renvela
|
V03AE02 |
DETOXIFICANTIA BIJ BEHANDELING MET ONCOLYTICA | ||
---|---|---|
Rescuvolin, VoriNa
|
V03AF03 | |
Uromitexan
|
V03AF01 | |
Fasturtec
|
V03AF07 |
MIDDELEN BIJ HYPOGLYKEMIE | ||
---|---|---|
Proglicem
|
V03AH01 |
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.