Diazoxide

Stofnaam
Diazoxide
Merknaam
Proglicem
ATC code
V03AH01
Doseringen
Nierfunctiestoornissen

Produkten, hulpstoffen, toediening en tekorten
Bijwerkingen
Contraindicaties
Waarschuwingen en voorzorgen

Interacties
Eigenschappen (PD/PK)

Registratiestatus
Middelen uit dezelfde ATC groep
Referenties
Versiebeheer

Eigenschappen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Analogon van benzothiadiazinediuretica zonder diuretische werking. De hyperglykemische werking berust op remming van afgifte van insuline door de pancreas en op stimulering van de afgifte van catecholaminen.

Farmacokinetiek bij kinderen

Halfwaardetijd bij kinderen vanaf 4 maanden tot 6 jaar verschilt van 9,5 tot 24 uur bij langetermijngebruik van de orale dosering.
>90% gebonden aan serum eiwitten.

Label dosisadvies Kinderformularium

Congenitaal hyperinsulinisme: On-label

Toon SmPC tekst Toon SmPC tekst

SmPC tekst

Hypoglycemie:
Zuigelingen en kinderen: dosering is afhankelijk van ernst en individuele reactie van patient, gemiddeld 3-8 mg/kg/dag.

Beschikbare toedieningsvormen/sterktes

Capsule 5 mg, 25 mg, 100 mg

Overige info toediening/beschikbaarheid

Informatie over geneesmiddeltekorten

Doseringen

Congenitaal hyperinsulinisme
  • Oraal
    • < 1 jaar
      [1] [2] [3] [4] [5] [6] [7]
      • Startdosering: 10 mg/kg/dag in 2 doses.
      • Onderhoudsdosering: Vervolgens op geleide van effect 5 - 15 mg/kg/dag in 2 doses. Max: 20 mg/kg/dag.
      • In combinatie met een diureticum (chloorthiazide, furosemide) bij vochtretentie.
        Maximale dosering uitsluitend toepassen in uitzonderlijke gevallen; toedienen in 3 doses

    • 1 jaar tot 18 jaar
      [1] [2] [3] [4] [5] [6] [7]
      • Startdosering: 5 mg/kg/dag in 2 doses.
      • Onderhoudsdosering: Op geleide van effect 3 - 8 mg/kg/dag in 2 - 3 doses.
      • In combinatie met een diureticum (chloorthiazide, furosemide) bij vochtretentie.

Nierfunctiestoornissen bij kinderen > 3 maanden

GFR ≥10 ml/min/1.73m2: aanpassing van de dosering is niet nodig.

GFR <10 ml/min/1.73m2: een algemeen advies kan niet worden gegeven.

Klinische gevolgen

Bij verminderde nierfunctie wordt de halfwaardetijd van diazoxide verlengd. Diazoxide wordt echter altijd gedoseerd op basis van effect en bijwerkingen; dit is niet anders in het geval van verminderde nierfunctie.

Bijwerkingen bij kinderen

Vochtretentie, hypertrichosis, pulmonale hypertensie, hartfalen en neutropenie, meeste symptomen verdwijnen na staken therapie. Hirsutisme van het lanugo-type.

Bijwerkingen algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Cardiovasculair: natrium- en vochtretentie, hartfalen (bij patiënten met beperkte cardiale reserve), tachycardie, palpitaties, hypotensie, tijdelijke hypertensie, pijn op de borst. Bij kinderen, zuigelingen en neonaten is gemeld: pulmonale hypertensie.

Gastro-intestinaal: anorexie, tijdelijk verlies van smaak, misselijkheid, braken, buikpijn, ileus, diarree.

Bloed: diabetische ketoacidose, hyperosmolair non-ketotisch coma, hyperglykemie, glucosurie, trombocytopenie (met of zonder purpura), neutropenie, eosinofilie, excessief bloeden, verhoogde serumurinezuurspiegels, verlaagd hemoglobine of hematocriet, verlaagd IgG.

Hepato-renaal: nierinsufficiëntie, verlaagde creatinineklaring, (reversibel) nefrotisch syndroom, verlaagde urineproductie, hematurie, albuminurie, verhoogde ASAT-spiegels en alkalische fosfatase.

Neurologisch: hoofdpijn, angst, duizeligheid, insomnia, polyneuritis, paresthesie, extrapiramidale verschijnselen.

Oog: subconjunctivale hemorragie, ringscotoom, troebele visus, dubbelzien, lacrimatie. Bij baby's is cataract waargenomen; dit bleek reversibel na correctie van de vochtbalans.

Huid: huiduitslag, jeuk, candida dermatitis, herpes, verlies van hoofdhaar, (reversibel) hirsutisme.

Systemisch: koorts, lymfadenopathie, zwakte, malaise.

Overig: jicht, acute pancreatitis of pancreatische necrose, galactorroe, vooruitgang in botleeftijd.

Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb

  • Bij kinderen worden veel geneesmiddelen off-label gebruikt. Alle ervaringen zijn belangrijk om te melden om zo meer kennis te verzamelen en te delen
  • Ook wanneer u niet zeker weet of de bijwerking echt door het geneesmiddel komt
Meld hier

Contra-indicatie algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

  • overgevoeligheid voor thiazidederivaten;
  • functionele hypoglykemie;
  • hyperurikemie;
  • hartfalen.

Waarschuwingen en voorzorgen bij kinderen

Cataract waargenomen bij baby’s. Deze is hersteld na correctie vochtbalans.

Bij zuigelingen en neonaten is pulmonale hypertensie gemeld. Dit treedt vooral op bij pasgeborenen met risicofactoren zoals meconiumaspiratiesyndroom, hyaliene membranenziekte, neonatale tachypneu, pneumonie, sepsis, congenitale hernia diafragmatica en congenitale hartaandoeningen. Als pulmonale hypertensie optreedt bij een kind, dient de behandeling te worden gestaakt. De pulmonale hypertensie is dan reversibel.

Wees voorzichtig bij gebruik in neonaten met een verhoogd bilirubine waardes, aangezien diazoxide de eiwitbinding van bilirubine kan verdringen (SmPC Proglicem)

Waarschuwingen en voorzorgen algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Tijdens gebruik is nauwkeurige klinische beoordeling vereist (bepaling van bloedglucosespiegel en glucose en ketonen in de urine). Regelmatige controle van hemoglobine, leukocyten, trombocyten en urinezuur wordt aanbevolen.

Wees voorzichtig bij beperkte cardiale reserve wegens het risico van hartfalen door vochtretentie.

Bij hypokaliëmie kunnen de hyperglykemische effecten worden versterkt.

Diabetische ketoacidose en hyperosmolair non-ketotisch coma zijn gemeld, m.n. in geval van bijkomende aandoeningen. Na de acute fase van deze aandoeningen is verlengde observatie noodzakelijk vanwege de lange halfwaardetijd van diazoxide. Om het risico te verminderen, kan de patiënt worden geïnstrueerd om alert te zijn op symptomen van hyperglykemie en om zelf de bloedglucose te meten.

Interacties Bron: KNMP/Informatorium Medicamentorum

Niet beoordeeld: diuretica kunnen de hyperglykemie, de hyperurikemie en de hypotensie versterken. Verlaging van de dosering kan nodig zijn.

Antihypertensiva kunnen de hypotensie versterken.

Daling van de plasmaconcentratie van fenytoïne is waargenomen.

ALLE OVERIGE THERAPEUTISCHE MIDDELEN

Deze pagina geeft een overzicht van geneesmiddelen uit dezelfde ATC groep. Let op: Dit betekent niet per definitie dat deze middelen onderling uitwisselbaar zijn.

ANTIDOTA
V03AB16

Digoxine Fab fragmenten

Digitalis antidot
V03AB24
V03AB27

Flumazenil

Anexate
V03AB25
V03AB19
V03AB33

Kaliumjodide

Kajodan
V03AB21
V03AB17
V03AB15
V03AB06

Obidoxim

Toxogonin
V03AB13
V03AB14

Sugammadex

Bridion
V03AB35
IJZERCHELERENDE MIDDELEN

Deferasirox

Exjade
V03AC03

Deferipron

Ferriprox
V03AC02

Deferoxamine

Desferal
V03AC01
MIDDELEN BIJ HYPERKALIEMIE EN HYPERFOSFATEMIE
V03AE07
V03AE05

Polystyreensulfonzuur

Sorbisterit Ca-resonium, Resonium A
V03AE01

Sevelameer

Renagel, Renvela
V03AE02
DETOXIFICANTIA BIJ BEHANDELING MET ONCOLYTICA

Folinezuur

Rescuvolin, VoriNa
V03AF03
V03AF01

Rasburicase

Fasturtec
V03AF07

Referenties

  1. Fafoula O, et al, Prolonged hyperinsulinaemic hypoglycaemia in newborns with intrauterine growth retardation, Arch Dis Child Fetal Neonatal Ed, 2006, Nov;91(6), F467
  2. Hoe FM, et al, Clinical features and insulin regulation in infants with a syndrome of prolonged neonatal hyperinsulinism, J Pediatr, 2006, Feb;148(2), 207-1
  3. Giurgea I, et al, [Congenital hyperinsulinism in newborn and infant] L'hyperinsulinisme congenital du nouveau-ne et du nourrisson. , Arch Pediatr., 2005, Nov;12(11), 1628-3
  4. Tyrrell VJ, et al, Ten years' experience of persistent hyperinsulinaemic hypoglycaemia of infancy, J Paediatr Child Health., 2001, Oct;37(5), 483-8
  5. Ortqvist E, et al, Temporary preservation of beta-cell function by diazoxide treatment in childhood type 1 diabetes, Diabetes Care, 2004, Sep;27(9), 2191-7
  6. Yildizdas D, et al, Pulmonary hypertension, heart failure and neutropenia due to diazoxide therapy, Adv Ther, 2008, May;25(5), 515-9
  7. Nebesio TD, et al, Development of pulmonary hypertension in an infant treated with diazoxide, J Pediatr Endocrinol Metab, 2007 , Aug;20(8), 939-44
  8. MSD BV, SPC Proglicem (RVG 06865), www.cbg-meb.nl, Geraadpleegd 20 april 2011, http://db.cbg-meb.nl/IB-teksten/h06865.pdf
  9. FDA Drug safety communications, FDA warns about a serious lung condition in infants and newborns treated with Proglycem (diazoxide), www.fda.gov, 16-7-2015
  10. MSD Sharp & Dohme GmbH, SmPC (Duitsland) PROGLICEM® 25/100 mg Hartkapseln (6426992.01.00), 10/2021
  11. ZorgInstituut Nederland, Farmacotherapeutisch Kompas (Eigenschappen, Contra-Indicaties, Bijwerkingen, Waarschuwingen en Voorzorgen), Geraadpleegd 29-10-2023
  12. Informatorium Medicamentorum, Interacties, Geraadpleegd 29-10-2023

Wijzigingen

  • 20 januari 2017 08:21: N.a.v. een FDA warning waarschuwing over pulmonaire hypertensie opgenomen.
  • 18 oktober 2016 08:47: Capsule 5 mg als beschikbare toedieningsvorm toegevoegd

Therapeutic Drug Monitoring


Overdosering