Unlicensed
Toon SmPC tekstInj.vlst. (salicylaat) 1 mg/ml (FNA)
Vanwege de ernstige bijwerkingen wordt fysostigmine als antagonist alleen bij ernstige vergiftiging met parasympathicolytica voorzichtig toegepast. De affiniteit voor het centraal werkende acetylcholinesterase is hoger dan die voor het perifeer werkende pseudocholinesterase, zodat de concentratie in het bloed zelden hoog genoeg is om speekselvloed, misselijkheid of bradycardie te veroorzaken.
Geen informatie
Atropine intoxicatie |
---|
|
GFR ≥10 ml/min/1.73m2: aanpassing van de dosering is niet nodig.
GFR <10 ml/min/1.73m2: een algemeen advies kan niet worden gegeven.
ANTIDOTA | ||
---|---|---|
V03AB16 | ||
Digitalis antidot
|
V03AB24 | |
V03AB27 | ||
Anexate
|
V03AB25 | |
Kajodan
|
V03AB21 | |
V03AB17 | ||
V03AB15 | ||
V03AB06 | ||
Toxogonin
|
V03AB13 | |
V03AB14 | ||
Bridion
|
V03AB35 |
IJZERCHELERENDE MIDDELEN | ||
---|---|---|
Exjade
|
V03AC03 | |
Ferriprox
|
V03AC02 | |
Desferal
|
V03AC01 |
MIDDELEN BIJ HYPERKALIEMIE EN HYPERFOSFATEMIE | ||
---|---|---|
V03AE07 | ||
Velphoro
|
V03AE05 | |
Sorbisterit Ca-resonium, Resonium A
|
V03AE01 | |
Renagel, Renvela
|
V03AE02 |
DETOXIFICANTIA BIJ BEHANDELING MET ONCOLYTICA | ||
---|---|---|
Rescuvolin, VoriNa
|
V03AF03 | |
Uromitexan
|
V03AF01 | |
Fasturtec
|
V03AF07 |
MIDDELEN BIJ HYPOGLYKEMIE | ||
---|---|---|
Proglicem
|
V03AH01 |
Toepassing als antagonist kan gemakkelijk leiden tot overdosering, waarbij centrale bijwerkingen als convulsies en coma kunnen optreden.
Systemische muscarine-effecten: misselijkheid, braken, verhoging van de maagzuursecretie, dyspepsie, diarree, buikkrampen, speekselvloed, toegenomen bronchiale secretie, zweten, tranenvloed, miosis, bradycardie, hartkloppingen, AV-block, bundeltakblock en syncope.
Systemische nicotine-effecten: spierkrampen, parese en spierzwakte.
Verder kunnen ook rinitis, duizeligheid (vooral aan het begin van de behandeling of na dosisverhoging), hoofdpijn, griepachtige verschijnselen, vasodilatatie, frequente mictie en allergische reacties, zoals jeuk en huiduitslag, optreden. Hypertensie kan optreden na een korte episode van hypotensie.
Patiënten met astma en chronisch obstructieve longziekte (COPD) kunnen nadelige gevolgen ondervinden van de verhoogde tonus van de gladde spieren in de bronchiën en de verhoogde slijmsecretie.
Bij patiënten met aandoeningen van de galwegen kan contractie van de galblaas en galwegen cholecystitis, cholangitis en obstructie van de galwegen veroorzaken.
Bij hyperthyreoïdie is de gevoeligheid voor parasympathicomimetica verhoogd.
Zelden extrapiramidale bijwerkingen en het syndroom van Pisa, gekenmerkt door een lichte rotatie en scheefstand van de romp.
Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb
Verhoogde intracraniale druk, myotonische dystrofie, barbituraatintoxicatie en intoxicatie met cholinesteraseremmers.
Systemische toediening is gecontraïndiceerd bij mechanische obstructie van de darm of urinewegen, bij overgevoeligheid en indien miosis ongewenst is, zoals bij acute iritis.
Cave bronchoconstrictie. Atropine achter de hand houden in geval van overdosering fysostigmine.
Voorzichtigheid is geboden bij patiënten met astma, COPD of actieve longinfecties, na gastro-intestinale operaties, bij ulcus pepticum of ulcus duodeni, bij cholelithiase of andere aandoeningen van de galwegen, bij cardiovasculaire aandoeningen, zoals bradycardie, coronair lijden, vagotonie, 'sick sinus'-syndroom of andere afwijkingen in de hartgeleiding, recent myocardinfarct, instabiele angina pectoris en ernstig hartfalen, bij verstoorde electrolytenbalans en bij hyperthyreoïdie.
Interacties parasympaticomimetica algemeen:
Niet beoordeeld: de werking van de depolariserende spierverslapper suxamethonium wordt verlengd. De werking van niet-depolariserende spierrelaxantia wordt geantagoneerd.
Combinatie met β-blokkers kan de hartfrequentie doen afnemen.
Combinatie met parasympathicolytica kan wederzijds de werking verminderen.