Passief immuniserende werking tegen varicella-zoster-virus. De antistoffen zullen het virus neutraliseren, waardoor het niet meer kan binden aan de targetcel. Vervolgens vindt verdere eliminatie plaats. De maximale plasmaspiegel wordt na 2-4 dagen bereikt. De halfwaardetijd van IgG is ca. 21 dagen. De werkingsduur bedraagt ongeveer 2 weken, mogelijk langer. Afbraak van IgG als zodanig en van IgG in complexen vindt plaats in de cellen van het reticulo-endotheliale systeem.
Geen informatie
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Inj.vlst. 100 IE/ml
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
BESCHIKBAARHEIDSPROBLEEM |
---|
|
VARIZIG: Voorkómen van varicella (waterpokken) |
---|
|
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
GFR ≥10 ml/min/1.73m2: aanpassing van de dosering is niet nodig.
GFR <10 ml/min/1.73m2: een algemeen advies kan niet worden gegeven.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Pijn en gevoeligheid op de injectieplaats. Zelden koorts en/of exantheem, misselijkheid, braken, hypotensie, tachycardie en overgevoeligheids- of anafylactische reacties (incl. shock).
Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Patiënten met selectieve IgA-deficiëntie bij wie anti-IgA-antistoffen zijn aangetoond (bij voorkeur) niet met dit preparaat behandelen vanwege de kans op een anafylactische reactie.
Het risico van overdracht van met bloed overdraagbare agentia kan niet geheel worden uitgesloten. Niet toedienen bij gebleken overgevoeligheid voor bloedproducten wegens risico van een anafylactische reactie; indien toediening toch noodzakelijk wordt geacht, is nauwkeurige klinische controle aangewezen. Na injectie met immunoglobulinen kan de tijdelijke stijging van de titer van de verschillende passief overgedragen antistoffen in het bloed leiden tot fout-positieve resultaten bij serologisch onderzoek. Bij ernstige trombocytopenie of een hemorragische diathese kan s.c. toediening worden overwogen; niet onderzocht is of de werking dan is gegarandeerd. Het preparaat is niet geschikt voor i.v. toediening. Het is evenmin geschikt voor de preventie van herpes zoster bij patiënten die waterpokken hebben doorgemaakt c.q. bij wie antistoffen tegen het varicella zoster-virus aantoonbaar zijn en beïnvloedt bij hen evenmin het verloop van herpes zoster. Bij klinisch manifeste varicella is toediening niet zinvol.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Niet beoordeeld: de immuunrespons op levende virusvaccins (zoals bof-, mazelen-, rubella- of varicellavaccin) kan worden verzwakt. Na toediening van varicellazosterimmunoglobuline dient vaccinatie met levend virusvaccin tot ten minste 6 weken (bij voorkeur 3 maanden) erna te worden uitgesteld. Indien binnen 14 dagen na vaccinatie met levend virusvaccin toediening van varicellazosterimmunoglobuline noodzakelijk is, dient 3 maanden na de toediening van varicellazosterimmunoglobuline te worden gerevaccineerd.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
NORMAAL HUMAAN IMMUNOGLOBULINE | ||
---|---|---|
Flebogamma, Gammagard, Kiovig, Nanogam, Octagam, Intratect, Gamunex, Privigen
|
J06BA02 | |
Gammaquin, Hizentra, Hyqvia, Cuvitru
|
J06BA01 |
SPECIFIEKE IMMUNOGLOBULINEN | ||
---|---|---|
RhoPhylac, RheDQuin, Rhesonativ
|
J06BB01 | |
Hepatect CP, Uman, Zutectra, Uman Big
|
J06BB04 | |
Tetaquin
|
J06BB02 |
ANTIBACTERIELE MONOKLONALE ANTILICHAMEN | ||
---|---|---|
Zinplava
|
J06BC03 |
ANTIVIRALE MONOKLONALE ANTILICHAMEN | ||
---|---|---|
Ronapreve
|
J06BD07 | |
Synagis
|
J06BD01 |
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.