Imidazoolderivaat. Miconazol remt 14α-demethylase, wat leidt tot depletie van ergosterol en een verstoorde membraansynthese. De PK/PD-relatie van miconazol is, net als die van andere triazolen, niet goed bekend. Azoolresistentie blijkt zich langzaam te ontwikkelen en is vaak het resultaat van diverse genetische mutaties (o.a. overexpressie van ERG11 of puntmutaties hierin), of overexpressie van de transporter die leidt tot een versterkte efflux uit de cel. Binnen Candida spp. is kruisresistentie waargenomen tussen de verschillende azolen, hoewel resistentie tegen een enkele azool niet noodzakelijkerwijs tot resistentie tegen andere azolen hoeft te leiden.
Gewoonlijk gevoelig zijn:
Bij de hiervoor genoemde verwekkers en bij Candida glabrata is de activiteit voldoende aangetoond in klinische studies.
Een verworven resistentie kan een probleem zijn bij:
Inherent resistent zijn:
Er is hier op dit moment nog geen informatie over beschikbaar.
<4 mnd: Off-label
≥4 mnd: On-label
Gel, oraal 20 mg/g
Daktarin orale gel bevat 7,85 mg ethanol/g.
Candidiasis van mond/keelholte; spruw |
---|
|
Candidiasis van slokdarm en maagdarmkanaal |
---|
|
GFR ≥10 ml/min/1.73m2: aanpassing van de dosering is niet nodig.
GFR <10 ml/min/1.73m2: een algemeen advies kan niet worden gegeven.
Kinderen: Zeer vaak (> 10%): misselijkheid en braken.
Vaak (1-10%): regurgitatie.
Verder zijn frequentie, soort en ernst van bijwerkingen naar verwachting hetzelfde als bij volwassenen. Bij zuigelingen en jonge kinderen kan verstikking en verslikking voorkomen.
Volwassenen: Vaak (1–10%): droge mond, vervelend gevoel in de mond, misselijkheid, braken.
Soms (0,1-1%): smaakstoornis.
Verder zijn gemeld: verstikking. Stomatitis, verkleuring van de tong, diarree. Hepatitis. Overgevoeligheid, urticaria, huiduitslag, anafylactische reactie, angio-oedeem, toxische epidermale necrolyse (TEN), Stevens-Johnson-syndroom (SJS), acuut gegeneraliseerd pustuleus exantheem (AGEP), geneesmiddelexantheem met eosinofilie en systemische symptomen (DRESS-syndroom).
Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb
Kinderen bij wie de slikreflex nog niet voldoende ontwikkeld is; deze ondergrens met 1–2 maanden verhogen voor preterm geboren kinderen óf kinderen met een langzame ontwikkeling van het zenuwstelsel.
Wees voorzichtig bij zuigelingen en jonge kinderen (4 maand-2 jaar) in verband met het risico van (dreigende) verstikking door afsluiting van de luchtweg, de gel mag daarom niet achter in de keel worden aangebracht. Verdeel elke dosis in kleine porties en breng deze met een schone vinger aan in de mond; zorg hierbij dat het kind zich niet verslikt. Vanwege dit risico van verslikking, de gel ook niet aanbrengen op de tepel van een lacterende vrouw voor de toediening aan een kind. Het is van belang de variabiliteit van de ontwikkeling van de slikfunctie bij deze populatie in acht te nemen, vooral bij een leeftijd van 4-6 maanden. Verhoog de ondergrens van deze leeftijd met 1-2 maanden voor premature zuigelingen of zuigelingen met een langzame neuromusculaire ontwikkeling.
Bij optreden van symptomen van levertoxiciteit (anorexie, misselijkheid, braken, donkere urine) de leverenzymwaarden direct bepalen; bij afwijkende waarden de therapie staken.
Vanwege de kans op ernstige huidreacties (zoals SJS en TEN) de patiënt onmiddellijk contact laten opnemen en instrueren het gebruik te staken bij de eerste tekenen van ernstige overgevoeligheidsreacties zoals blaas-, blaar- en schilfervorming, of bij andere overgevoeligheidsreacties zoals anafylaxie en angio-oedeem.
Over het gebruik bij acute porfyrie zijn er onvoldoende gegevens.
Hulpstoffen: Wees voorzichtig met ethanol, in de orale gel, bij alcoholisme, zwangerschap, lactatie en jonge kinderen. Ethanol kan een effect op andere medicatie hebben. Wees bij risicogroepen voorzichtig bij gelijktijdig gebruik van andere middelen die een substraat van alcoholdehydrogenase, zoals ethanol of propyleenglycol, bevatten.
Overdosering
Symptomen
Misselijkheid, braken, diarree.
Zie voor meer symptomen en de behandeling de monografie miconazol op vergiftigingen.info.
Eigenschappen
Imidazoolderivaat. Miconazol remt 14α-demethylase, wat leidt tot depletie van ergosterol en een verstoorde membraansynthese. De PK/PD-relatie van miconazol is, net als die van andere triazolen, niet goed bekend. Azoolresistentie blijkt zich langzaam te ontwikkelen en is vaak het resultaat van diverse genetische mutaties (o.a. overexpressie van ERG11 of puntmutaties hierin), of overexpressie van de transporter die leidt tot een versterkte efflux uit de cel. Binnen Candida spp. is kruisresistentie waargenomen tussen de verschillende azolen, hoewel resistentie tegen een enkele azool niet
Miconazol remt CYP3A4 en CYP2C9 in vitro; het staat niet bekend als een krachtige remmer van CYP3A4.
Relevant:
Miconazol versterkt het effect van: VKA's, hierdoor neemt de stollingstijd toe. Cutaan (crème, zalf, strooipoeder), oraal, oromucosaal en vaginaal gebruik van miconazol is gecontraïndiceerd bij gebruik van een VKA.
Miconazol orale gel verhoogt de concentratie van: ciclosporine en tacrolimus.
Niet relevant:
Miconazol verhoogt de concentratie van: sulfonylureumderivaten.
Niet beoordeeld:
De concentratie van fenytoïne kan stijgen.
Een antagonistische werking van miconazol en amfotericine B is waargenomen.
Deze pagina geeft een overzicht van geneesmiddelen uit dezelfde ATC groep. Let op: Dit betekent niet per definitie dat deze middelen onderling uitwisselbaar zijn.
ANTIBIOTICA | ||
---|---|---|
Fungizone
|
A07AA07 | |
Dificlir
|
A07AA12 | |
A07AA02 | ||
Humatin
|
A07AA06 | |
Vancocaps, Vancocin
|
A07AA09 |