Glycopyrronium

Stofnaam
Glycopyrronium
Merknaam
Robinul, Sialanar, Rybrila.
ATC code
A03AB02
Doseringen
Nierfunctiestoornissen

Produkten, hulpstoffen, toediening en tekorten
Bijwerkingen
Contraindicaties
Waarschuwingen en voorzorgen

Interacties
Eigenschappen (PD/PK)

Registratiestatus
Middelen uit dezelfde ATC groep
Referenties
Versiebeheer

Eigenschappen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Mixtura glycopyrronii bromidi. Anticholinergicum, bindt vooral aan de M3-receptor. Vermindert het speekselvolume. Door de quaternaire ammoniumstructuur passeert het slechts in beperkte mate de bloed-hersenbarrière. De werking houdt tot circa 7 uur aan.

Farmacokinetiek bij kinderen

De kinetiek van glycopyrronium bij kinderen >2 maanden is niet leeftijdsafhankelijk. Er is sprake van grote interindividuele variabiliteit [Rautakorpi 1994, Rautakorpi 1998]

IV 5 µg/kg

  t½ (min) Vd (l/kg) Cl (l/kg/uur)
> 2 mnd 46,7-129,5 (28-634,1) 1,3-1,8 (0,7-3,9) 1,01-1,41 (0,32-2,22)

 Oraal 50 µg/kg

  Cmax (µg/l) Tmax (min) F (%)
7-14 jaar 0,37 90 3,3

Label dosisadvies Kinderformularium

Speekselvloed:
< 3 jaar: Off-label
≥ 3 jaar: Doseringen 0,048-0,24 mg/kg/dag: On-label. Daarbuiten: Off-label

Speekselvloed: pre-operatief, intra-operatief: Off-label

Toon SmPC tekst Toon SmPC tekst

SmPC tekst

Speekselvloed: 
≥ 3 jaar: 0,048 mg/kg/dag in 3 doses, om de 7 dagen verhogen tot max 0,24 mg/kg/dag; max 7,2 mg/dag

Beschikbare toedieningsvormen/sterktes

Injectievloeistof 0,2 mg/ml (via internationale apotheek, bevat benzylalcohol)
Drank 'Rybrila' 0,2 mg/ml (bevat 0,16 mg glycopyrronium/ml)
Drank 'Sialanar' 0,4 mg/ml (bevat 0,32 mg glycopyrronium/ml)
Tablet 1 mg, 3 mg

 

Overige info toediening/beschikbaarheid

Informatie over geneesmiddeltekorten

Doseringen

Ga snel naar:

LET OP:
  • Oraal
    • 0 jaar tot 18 jaar
      [19] [21]
      • De produkten Sialanar en Rybrila zijn NIET onderling uitwisselbaar als gevolg van een verschil in biologische beschikbaarheid. De biologische beschikbaarheid van Sialanar is 20 % hoger dan die van Rybrila. Dit heeft gevolgen voor het doseeradvies.

        Beide produkten verschillen ook in sterkte en daarmee het toe te dienen volume per dosis wat relevant kan zijn bij kinderen met slikproblemen. 

Ernstige speekselvloed: behandeling met SIALANAR
  • Oraal
    • 2 maanden tot 18 jaar
      [2] [3] [4] [5] [7] [8] [9] [14] [15] [16] [17] [18] [19]
      • Startdosering: Glycopyrronium: 38,4 microg./kg/dag in 3 doses. Maximale dosering per gift: 1,9 mg/dosis.
      • Onderhoudsdosering: op geleide van effect en tolerantie elke 5-7 dagen ophogen met stappen van 38,4 microg./kg/dag naar 76,8 - 192 microg./kg/dag in 3 doses. Max: 5,7 mg/dag. Maximale dosering per gift: 1,9 mg/dosis.
      • In individuele gevallen zijn doseringen tot 656 microg./kg/dag (glycopyrronium) beschreven.

         

Ernstige speekselvloed: behandeling met RYBRILA
  • Oraal
    • 2 maanden tot 18 jaar
      [2] [3] [4] [5] [7] [8] [9] [15] [16] [17] [18] [21]
      • Startdosering: Glycopyrronium: 48 microg./kg/dag in 3 doses. Maximale dosering per gift: 2,4 mg/dosis.
      • Onderhoudsdosering: op geleide van effect en tolerantie elke 5-7 dagen ophogen met stappen van 48 microg./kg/dag naar 96 - 240 microg./kg/dag in 3 doses. Max: 7,2 mg/dag. Maximale dosering per gift: 2,4 mg/dosis.
      •  

         

Als een anticholinergicum: pre-operatief, intra-operatief
  • Intraveneus
    • 1 maand tot 12 jaar
      [6] [10] [22]
      • Glycoppyroniumbromide: 4 - 8 microg./kg/dosis, zo nodig intra-operatief herhalen. Maximale dosering per gift: 200 microg./dosis.
    • 12 jaar tot 18 jaar
      [22]
      • Glycoppyroniumbromide: 4 - 5 microg./kg/dosis, zo nodig intra-operatief herhalen. Maximale dosering per gift: 400 microg./dosis.
  • Intramusculair
    • 1 maand tot 12 jaar
      [10] [22]
      • Glycopyrroniumbromide: 4 - 8 microg./kg/dosis, zo nodig intra-operatief herhalen als intraveneuze toediening. Maximale dosering per gift: 200 microg./dosis.
    • 12 jaar tot 18 jaar
      [22]
      • Glycopyrroniumbromide: 4 - 5 microg./kg/dosis, zo nodig intra-operatief herhalen als intraveneuze toediening. Maximale dosering per gift: 400 microg./dosis.

Nierfunctiestoornissen bij kinderen > 3 maanden

Bij een GFR <30 ml/min/1,73m2 is het risico op anticholinerge bijwerkingen verhoogd. Dosisverlaging kan noodzakelijk zijn.

Bijwerkingen bij kinderen

Bij orale toepassing:

Zeer vaak (≥ 10%): prikkelbaarheid. Overmatig blozen. Neusverstopping, verminderde bronchiale secretie. Droge mond, braken, diarree, obstipatie. Urineretentie.

Vaak (1-10%): bovensteluchtweginfectie, pneumonie. urineweginfectie. Agitatie, suf voelen. Bloedneus. Huiduitslag. Koorts.

Soms (0,1-1%): hoofdpijn, nystagmus. Mydriase. Halitose, slokdarmcandidiase, gestoorde maag-darmmotiliteit, pseudo-obstructie. Dehydratie, dorst.

Verder zijn gemeld: rusteloosheid, overactief gedrag, concentratiestoornis, verlegenheid, angst, verdrietig voelen, huilen, frustratie, driftbui, woede-aanval, stemmingsveranderingen, slapeloosheid. Gesloten-kamerhoekglaucoom, fotofobie, droge ogen. Tijdelijke bradycardie. Sinusitis. Misselijkheid. Droge huid, verminderde transpiratie. Mictie-aandrang. Overgevoeligheidsreactie, angio-oedeem. Afname van neutrofielen, erytrocyten, monocyten, creatinine, kooldioxide, bicarbonaat.

Bij intraveneuze of intramusculaire toediening:
Maligne hyperthermie en vooral bij kinderen hartritmestoornissen (waaronder bradycardie, ventriculaire tachycardie en ventrikelfibrilleren), hartstilstand, hypertensie, hypotensie, convulsies en respiratoir arrest.

Boriosi et al. 2022 beschrijft een hogere prevalentie van luchtwegobstructie, dringende luchtweginterventie en laryngospasmen wanneer een anticholinergicum (glycopyrronium of atropine) wordt gebruikt in vergelijking met geen anticholinergicum bij pediatrische procedurele sedatie.

 

Bijwerkingen algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Gemeld zijn: droge mond, droge huid, verminderde zweetafscheiding, verminderde bronchussecretie. Accommodatiestoornissen, verhoogde oogdruk, fotofobie. Urineretentie. Obstipatie. Tachycardie, hartkloppingen. Smaakverlies, misselijkheid, braken. Blozen. Zwakheid, duizeligheid, hoofdpijn, slaperigheid, slapeloosheid, nervositeit, geheugen- en concentratiestoornissen. Hallucinaties, verwardheid, opwinding, anticholinerg delirium. Maligne hyperthermie. Huiduitslag.

Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb

  • Bij kinderen worden veel geneesmiddelen off-label gebruikt. Alle ervaringen zijn belangrijk om te melden om zo meer kennis te verzamelen en te delen
  • Ook wanneer u niet zeker weet of de bijwerking echt door het geneesmiddel komt
Meld hier

Contra-indicatie algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

  • glaucoom;
  • urineretentie;
  • ernstige nierfunctiestoornis (creatinineklaring < 30 ml/min);
  • voorgeschiedenis van darmobstructie, colitis ulcerosa, paralytische ileus, pylorusstenose; myasthenia gravis.

Waarschuwingen en voorzorgen bij kinderen

Kinderen onder de 1 jaar en kinderen met het syndroom van Down, spastische paralyse of hersenschade kunnen extra gevoelig zijn voor anticholinerge effecten. Goed monitoren in patiënten met nierschade vanwege verlengde klaring. Paradoxale excitatie kan voorkomen in jongen kinderen.
Injectie bevat benzyl alcohol.

Voor glycopyrronium is additioneel risicominimalisatiemateriaal beschikbaar 

Waarschuwingen en voorzorgen algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Onderbreek de behandeling bij optreden van urineretentie, pneumonie, obstipatie, gedragsverandering, allergische reactie, koorts en zeer warm weer. Overweeg na evaluatie de behandeling te staken of voort te zetten met een lagere dosis.

Effecten op centraal zenuwstelsel (CZS): In klinisch onderzoek zijn grotere effecten op het CZS (zoals veranderingen in gedrag en psychische status) gemeld, voortkomend uit een beperkt vermogen om de bloed-hersenbarrière te passeren. Monitor veranderingen in gedrag. Overweeg een dosisverlaging bij optreden van effecten op CZS. Wees voorzichtig bij een verzwakte bloed-hersenbarrière, zoals bij intraventriculaire shunt, hersentumor of encefalitis.

Cardiovasculair effect: glycopyrronium heeft een bekend effect op hartslag en bloeddruk bij gebruik tijdens anesthesie, hoewel dit effect niet is gebleken bij kinderen met chronische speekselvloed. Controleer cardiovasculaire status bij evaluatie. Wees voorzichtig met gebruik bij acuut myocardinfarct, hypertensie, coronair vaatlijden, hartaritmie en aandoeningen die worden gekenmerkt door tachycardie. Adviseer om de hartslag te laten meten bij dreigende onwelwording, en een zeer snelle of trage hartslag te melden.

Comorbiditeit: Wees voorzichtig met gebruik van parasympathicolytica bij bestaande obstipatie, diarree en gastro-oesofageale reflux.

Gebruik bij volwassenen: Wees ook voorzichtig bij autonome neuropathie, hyperthyroïdie, ulcus ventriculi, verzwakte patiënten met chronische longaandoeningen (in verband met de mogelijke indikking van bronchiaalslijm door verminderde productie), infecties van maag-darmkanaal en ouderen.

Interacties Bron: KNMP/Informatorium Medicamentorum

Parasympaticomimetica algemeen:

Niet beoordeeld: de werking kan worden versterkt door andere geneesmiddelen met een anticholinerge werking, zoals bepaalde antipsychotica en tricyclische antidepressiva.

Amantadine kan de centrale bijwerkingen van de parasympathicolytica versterken.

De werking van parasympathicomimetica, waaronder cholinesteraseremmers, kan worden geantagoneerd.

 

MIDDELEN BIJ FUNCTIONELE MAAGDARMSTOORNISSEN

Deze pagina geeft een overzicht van geneesmiddelen uit dezelfde ATC groep. Let op: Dit betekent niet per definitie dat deze middelen onderling uitwisselbaar zijn.

SYNTH. PARASYMPATHICOLYTICA, ESTERS MET TERT. AMINOGROEP

Mebeverine

Duspatal
A03AA04
OVERIGE MIDDELEN BIJ FUNCTIONELE MAAGDARMSTOORNISSEN

Pepermuntolie

Tempocol
A03AX15

Referenties

  1. Rautakorpi P, et al, Pharmacokinetics of glycopyrrolate in children, J Clin Anesth, 1994, May-Jun;6(3), 217-20
  2. Mier RJ, et al, Treatment of sialorrhea with glycopyrrolate.A double-blind, dose-ranging study, Arch Pediatr Adolesc Med, 2000, Dec;154(12), 1214-8
  3. Bachrach SJ, et al, Use of glycopyrrolate and other anticholinergic medications for sialorrhea in children with cerebral palsy, Clin Pediatr (Phila, 1998, Aug;37(8), 485-90
  4. Tscheng DZ, Sialorrhea - therapeutic drug options, Ann Pharmacother, 2002 , Nov;36(11), 1785-90
  5. Blasco PA, et al, Glycopyrrolate treatment of chronic drooling, Arch Pediatr Adolesc Med, 1996, Sep;150(9), 932-5
  6. Annila P, et al, Effect of pre-treatment with intravenous atropine or glycopyrrolate on cardiac arrhythmias during halothane anaesthesia for adenoidectomy in children, Br J Anaesth, 1998, Jun;80(6), 756-60
  7. Swart EL, Welk middel heeft de voorkeur bij de behandeling van speekselvloed, Apothekers Vademecum, 2002
  8. Koopmann M, Als de vloed tot wanhoop drijft: medicamenteuze behandeling van hypersalivatie, een literatuuroverzicht, Pharm Weekbl, 2004, Jul:139(27/28), 942-945
  9. Mikart Inc, FDA label Cuvposa (10-2015), www.cuvposa.com
  10. Anpharm Ltd, SPC Robinul (UK) (10-2012), www.mhra.gov.uk
  11. ZorgInstituut Nederland, Farmacotherapeutisch Kompas (Eigenschappen, Contra-Indicaties, Bijwerkingen, Waarschuwingen en Voorzorgen), Geraadpleegd 24 aug 2022
  12. Informatorium Medicamentorum., (Interacties, verminderde nierfunctie), Geraadpleegd 01 nov 2016
  13. Rautakorpi P et al. , Pharmacokinetics and oral bioavailability of glycopyrrolate in children. , Pharmacol Toxicol., 1998, Sep;83(3), 132-4
  14. Eiland LS et al. , Glycopyrrolate for chronic drooling in children., Clin Ther. , 2012, Apr;34(4), 735-42
  15. Evatt ML et al. , Oral glycopyrrolate for the treatment of chronic severe drooling caused by neurological disorders in children. , Neuropsychiatr Dis Treat., 2011, 7, 543-7
  16. Garnock-Jones KP et al. , Glycopyrrolate oral solution: for chronic, severe drooling in pediatric patients with neurologic conditions., Paediatr Drugs., 2012, Aug 1;14(4), 263-9
  17. Zeller RS et al. , Randomized Phase III evaluation of the efficacy and safety of a novel glycopyrrolate oral solution for the management of chronic severe drooling in children with cerebral palsy or other neurologic conditions., Ther Clin Risk Manag., 2012, 8, 15-23
  18. Zeller RS et al. , Safety and efficacy of glycopyrrolate oral solution for management of pathologic drooling in pediatric patients with cerebral palsy and other neurologic conditions., Ther Clin Risk Manag., 2012, 8, 25-32
  19. Proveca Pharma Limited, SmPC Sialanar (EU/1/16/1135/001-2) 15-04-2019, www.geneesmiddeleninformatiebank.nl
  20. Boriosi et al., Anticholinergics and serious adverse events in pediatric procedural sedation: a report of the Pediatric Sedation Research Consortium, Paediatr Anaesth, 2022, online ahead of print
  21. Clinigen Healthcare B.V., SmPC Rybrila (RVG 125858) 15-10-2021, www.geneesmiddeleninformatiebank.nl
  22. Martindale Pharma, an Ethypharm Group Company, SmPC Glycopyrronium Bromide 200 micrograms/ml Solution for Injection (UK) 05-11-2019, https://www.medicines.org.uk/emc

Wijzigingen

  • 05 oktober 2022 09:30: Vanwege de beschikbaarheid van twee verschillende glycopyrronium producten (Sialanar en Rybrila) die niet bio-equivalent zijn is er in het doseeradvies een onderscheid gemaakt naar produkt.
  • 17 november 2020 08:19: Bijwerkingen update obv SmPC Sialanar
  • 01 november 2016 16:50: De beschikbare wetenschappelijke literatuur over de toepassing van glycopyrronium bij kinderen is opnieuw beoordeeld. Dit heeft niet geleid tot een wijziging in het doseeradvies.

Therapeutic Drug Monitoring


Overdosering