De gel bevat een concentraat van in bromelaïnen verrijkte proteolytische enzymen van de stam van Ananas comosus (ananasplant). Het mengsel van enzymen lost dood weefsel van brandwonden op. De specifieke componenten die verantwoordelijk zijn voor dit effect zijn niet bekend. De belangrijkste component is de stam van bromelaïne.
Leeftijd | n | Tmax (uur) | Cmax (ng/ml) |
< 2 jaar | 2 | 2 | 200 |
4-11 jaar | 5 | 4 (2-4) | 205 ± 169 |
12-18 jaar | 3 | 4 (2-4) | 180 ± 114 |
Eliminatie
Een meerderheid van de patiënten had geen kwantificeerbare concentratie van het geneesmiddel na
48 uur; geen enkele patiënt had een kwantificeerbare concentratie na 72 uur
Poeder voor gel voor cutaan gebruik 2 g + gel 20 g; 5 g + gel 50 g
Verwijderen dood weefsel bij brandwonden |
---|
|
Er zijn geen gegevens bekend over doseeraanpassing bij nierfunctiestoornissen.
Zeer vaak (> 10%): koorts of hyperthermie.
Vaak (1-10%): lokale pijn, lokale huiduitslag en jeuk, wondinfectie waaronder cellulitis. Wondcomplicaties zoals wondverdieping, wonduitdroging, opnieuw opengaan van de wond, transplantaatverlies/-falen. Niet-ernstige allergische reacties, zoals huiduitslag. Tachycardie, echter alternatieve oorzaken van tachycardie (bv. de algemene toestand van de brandwond, procedures die pijn, koorts en uitdroging veroorzaken) moeten in overweging worden genomen.
Soms (0,1–1%): lokaal intradermaal hematoom.
Verder zijn gemeld: ernstige allergische reacties waaronder anafylaxie.
Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb
(Kruis)overgevoeligheid: dit middel is een eiwitproduct en kan sensibilisatie veroorzaken. Ernstige allergische reacties, waaronder anafylaxie (met manifestaties zoals uitslag, erytheem, hypotensie, tachycardie) zijn gemeld. Controleer voor toediening op allergieën in de voorgeschiedenis. Wees voorzichtig bij overgevoeligheid voor latexeiwitten, bijengif en olijfboompollen vanwege meldingen van kruisovergevoeligheid met bromelaïnen; toepassing bij overgevoeligheid voor papaïne is gecontra-indiceerd. Zie ook achter 'Voorzorgen bereiding/toediening'.
Pijnbestrijding: zorg voor voldoende analgesie en/of anesthesie wegens de pijnlijke procedure. Start met pijnbestrijding minimaal 15 minuten vóór het aanbrengen van de gel.
Niet toepassen op de volgende brandwonden:
Er is geen ervaring met de toepassing op perineale en genitale brandwonden.
Oogbescherming: Wees voorzichtig bij behandeling in het gezicht en bescherm de ogen door deze te isoleren en te bedekken met een afsluitende film; breng een vette oogzalf op de ogen en een klevende barrière van paraffinezalf eromheen aan. Bij blootstelling van de ogen gedurende minstens 15 minuten spoelen met een ruime hoeveelheid water. Een oogonderzoek wordt aanbevolen vóór en na debridement. Alleen brandwondchirurgen die ervaring hebben met toepassing van bromelaïnen-gel mogen starten met het gebruik ervan op brandwonden in het gezicht.
Wees voorzichtig bij (cardio)pulmonale ziekte incl. (vermoeden van) pulmonaal brandwondentrauma, vanwege een mogelijk risico op verhoogde mortaliteit.
Bij toepassing in gebieden met spataderen voorzichtig zijn, om erosie van de aderwand en het risico op een bloeding te voorkomen.
Preventie wondcomplicaties: Dek na behandeling het gedebrideerde gebied onmiddellijk af met tijdelijke of permanente huidsubstituten of met verband ter preventie van uitdroging, vorming van pseudodood weefsel en infectie. Breng op derdegraadsbrandwonden en diepe brandwonden die niet tijdig spontaan zullen genezen door epithelisatie, zo snel mogelijk na debridement autotransplantaat aan. Bij diepe tweedegraadsbrandwonden zorgvuldig overwegen om permanente huidafdekking (bv. autotransplantaat) aan te brengen. Vóór het aanbrengen van de transplantaten of een primair verband, het gedebrideerde bed reinigen en verversen met bijvoorbeeld borstelen of schrapen, zodat adhesie van het verband mogelijk is.
Coagulopathie: Niet toepassen bij bloedstollingsstoornissen die niet onder controle zijn vanwege een mogelijk risico op verhoogde bloedingsneiging. Wees voorzichtig bij gebruik van antistollingsmiddelen of geneesmiddelen die de bloedstolling beïnvloeden, bij een laag aantal trombocyten en bij een verhoogd risico op bloedingen door andere oorzaken (zoals ulcus pepticum en sepsis). Controleer op mogelijke verschijnselen van afwijkende bloedstolling en bloedingsverschijnselen.
Klinische controle: Controleer naast de gebruikelijke controles van brandwondpatiënten (zoals vitale functies, volume-/water-/elektrolytenstatus, volledige bloedtelling, serumalbumine- en leverenzymwaarden), het volgende:
Systemische absorptie: Er zijn relatief weinig farmacokinetische gegevens over toepassing op meer dan 15% lichaamsoppervlak. Vanwege veiligheidsoverwegingen op maximaal 15% van het totale lichaamsoppervlak aanbrengen.
Niet beoordeeld:
De werking kan afnemen door cutane antibacteriële middelen (zoals zilversulfadiazine of povidonjodium); deze dienen voor aanbrengen te worden verwijderd.
Voorzichtigheid is geboden bij gelijktijdig gebruik van geneesmiddelen met invloed op de bloedstolling vanwege mogelijk risico op verhoogde bloedingsneiging.
Deze pagina geeft een overzicht van geneesmiddelen uit dezelfde ATC groep. Let op: Dit betekent niet per definitie dat deze middelen onderling uitwisselbaar zijn.