Paracetamol heeft analgetische en antipyretische werking. Coffeïne heeft een centraal stimulerend effect en kan het analgetisch effect van paracetamol versterken.
Paracetamol wordt bij volwassenen in de lever geconjugeerd met glucuronzuur (ca. 60%), sulfaat (ca. 35%) en cysteïne (ca. 3%). Bij neonaten en kinderen tot 12 jaar is sulfaatconjugatie de overwegende eliminatieroute en vindt glucuronidering in mindere mate plaats dan bij volwassenen het geval is. De totale eliminatie bij kinderen is als gevolg van een verhoogde sulfateringscapaciteit echter globaal vergelijkbaar met die van volwassenen.
Per capsule: Paracetamol 500 mg Coffeïne-0-water 50 mg
Milde pijn en koorts |
---|
|
GFR ≥10 ml/min/1.73m2: aanpassing van de dosering is niet nodig.
GFR <10 ml/min/1.73m2: een algemeen advies kan niet worden gegeven.
Zelden (0,01-0,1%): agranulocytose (na langdurig gebruik), trombocytopenie, trombocytopenische purpura, leukopenie, hemolytische anemie, allergische reacties inclusief angio-oedeem, depressie, verwardheid, hallucinaties, tremor, hoofdpijn, visusstoornissen, oedeem, bloedingen, buikpijn, diarree, misselijkheid, braken, afwijkende leverfunctie, leverfalen, levernecrose, geelzucht, pruritus, huiduitslag, zweten, purpura, urticaria, duizeligheid, malaise, pyrexie, sedatie.
Zeer zelden (< 0,01%): pancytopenie, overgevoeligheidsreacties zoals Quincke-oedeem, moeilijke ademhaling, zweten, misselijkheid, hypotensie, shock, anafylaxie), hypoglykemie, bronchospasme (analgetisch astma), hepatotoxiciteit, exantheem, steriele pyurie, renale bijwerkingen (zoals ernstige nierfunctiestoornis, interstitiële nefritis, hematurie, anurie).
Verder zijn gemeld: nervositeit, duizeligheid, coffeïne-gerelateerde bijwerkingen (zoals slapeloosheid, rusteloosheid, ongerustheid, prikkelbaarheid, hoofdpijn, gastro-intestinale verstoringen, palpitaties), acute gegeneraliseerde exanthemateuze pustulosus (AGEP), toxische necrolyse (TEN), geneesmiddel geïnduceerde dermatose, erythema multiforme, Stevens-Johnsonsyndroom, toxische epidermale necrolyse, acute hepatitis: 6 g bij volwassenen en > 140 mg/kg bij kinderen kan leverbeschadiging geven, grotere hoeveelheden veroorzaken irreversibele levernecrose.
Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb
Wees voorzichtig bij lever- en nierfunctiestoornissen, hemolytische anemie, chronisch alcoholgebruik, dehydratie en chronische ondervoeding, en bij astmapatiënten die gevoelig zijn voor acetylsalicylzuur wegens gemelde kruisovergevoeligheid. Langdurig of veelvuldig gebruik wordt ontraden. Gebruik > 3 maanden om de dag of vaker kan geneesmiddelafhankelijke hoofdpijn veroorzaken, staak dan de behandeling. Heroverweeg de behandeling bij hoge koorts, verschijnselen van secundaire infectie of aanhoudende symptomen. Gelijktijdig gebruik van producten die coffeïne bevatten kan duizeligheid, nervositeit en slapeloosheid veroorzaken. De tabletten kunnen kaliumsorbaat bevatten; sorbinezuur kan leiden tot dermatitis.
Interacties paracetamol:
Niet beoordeeld: paracetamol kan in hoge dosering de werking van cumarinederivaten versterken. In therapeutische dosering heeft het een zeer gering, niet significant effect op de protrombinetijd, zodat paracetamol in therapeutische dosering mag worden gecombineerd met cumarinederivaten.
De analgetische werking kan mogelijk worden versterkt door coffeïne; de resultaten van klinisch onderzoek zijn tegenstrijdig.
Gebruik van isoniazide of misbruik van alcohol vergroot het risico op hepatotoxiciteit bij overdosering, zie Tx. Bij combinatie met enzyminductoren kan een overdosering met paracetamol ernstiger verlopen door verhoogde en versnelde vorming van toxische metabolieten.
Interacties coffeine:
Niet relevant: de AUC neemt toe door vemurafenib.
Niet beoordeeld: ciprofloxacine, fluconazol (in een dosering hoger dan 200 mg per dag), norfloxacine, pipemidinezuur kunnen het metabolisme van coffeïne remmen.
Fenobarbital en fenytoïne kunnen het metabolisme versnellen.
Doxapram kan de stimulerende effecten op het hart, het ademhalingsstelsel en het centrale zenuwstelsel versterken.
Coffeïne kan het therapeutische effect van methotrexaat bij reumatoïde artritis verminderen.
Het verhoogt de absorptie van ergotamine.
Het is niet aangetoond dat coffeïne de analgetische werking van paracetamol kan versterken.
Deze pagina geeft een overzicht van geneesmiddelen uit dezelfde ATC groep. Let op: Dit betekent niet per definitie dat deze middelen onderling uitwisselbaar zijn.
PYRAZOLINONDERIVATEN | ||
---|---|---|
Dolamizol
|
N02BB02 |
ACEETANILIDEDERIVATEN | ||
---|---|---|
Perfalgan, Apotel, Ben-u-ron Paracetalgin, Paracet, Pinex.
|
N02BE01 |