Breedspectrum antimycoticum, behorend tot de allylaminen. Terbinafine remt het enzym squaleenepoxidase in de celmembraan van de schimmel. Squaleenepoxidase is een belangrijk enzym voor de biosynthese van sterol (1e stap). Remming resulteert in een tekort aan sterolen en in een intracellulaire stapeling van squaleen, wat leidt tot celdood.
Bij lage concentraties heeft terbinafine een fungicide werking tegen dermatofyten en schimmels:
Dermatofyten, o.a.:Trichophyton (bv. T. rubrum, T. mentagrophytes, T. verrucosum, T. violaceum);
Microsporum (bv. M. canis) en Epidermophyton (bv. E. floccosum);
Schimmels: bv. Aspergillus en bepaalde dimorfe schimmels (bv. Blastomyces).
Tegen gisten heeft het een fungicide of fungistatische werking, afhankelijk van de soort. Terbinafine is onvoldoende werkzaam tegen de meeste gisten van de Candida spp. en Malassezia.
Geen informatie
Tablet (als hydrochloride) 250 mg
Capsule 62,5 mg
Schimmel infectie |
---|
Aanpassingen als volgt:
Bij verminderde nierfunctie is de halfwaardetijd van terbinafine verlengd. Mogelijk kan het risico op bijwerkingen hierdoor worden verhoogd.
Klinische gevolgen:
De klinische relevantie van de langere halfwaardetijd is niet duidelijk.
Zeer vaak (> 10%): hoofdpijn. Opgeblazen/vol gevoel, dyspepsie, misselijkheid, buikpijn, diarree, verminderde eetlust. Gewrichtspijn, spierpijn (vaak als onderdeel van een allergische huidreactie). Huidreacties zoals erytheem en urticaria.
Vaak (1–10%): duizeligheid. Verminderd gezichtsvermogen. Depressie. Dysgeusie, incl. hypogeusie, ageusie (zijn meestal reversibel binnen enkele weken of maanden na het staken van de behandeling). Malaise, vermoeidheid.
Soms (0,1-1%): angst. Paresthesie, hypo-esthesie. Oorsuizen. Fotosensibilisatie, fotodermatosen, polymorfe lichteruptie. Koorts. Gewichtsafname. Anemie.
Zelden (0,01-0,1%): anafylactische reactie, serumziekte-achtige reactie. Stevens-Johnsonsyndroom (SJS), toxische epidermale necrolyse (TEN). Stijging van leverenzymwaarden, hepatitis, cholestase, geelzucht. Neutropenie, trombocytopenie.
Zeer zelden (< 0,01%): anafylactoïde reacties, angio-oedeem, manifestatie of verergering van cutane en systemische lupus erythematodes (SLE). (Ernstig) leverfalen gevolgd door levertransplantatie of overlijden (bij de meeste gemelde gevallen was sprake van een ernstige onderliggende systemische aandoening). Erythema multiforme, exfoliatieve dermatitis, bulleuze dermatitis, acute gegeneraliseerde exanthemateuze pustulose (AGEP), psoriasiforme erupties of exacerbatie van psoriasis, alopecia. Onregelmatige menstruatie, doorbraakbloedingen. Draaiduizeligheid. Agranulocytose, pancytopenie.
Verder zijn gemeld: vasculitis. Geneesmiddelexantheem met eosinofilie en systemische symptomen (DRESS-syndroom). Wazig zien. Verminderd reukvermogen/anosmie (kan irreversibel zijn). Gehoorverlies. Pancreatitis. Rabdomyolyse. Griepachtige verschijnselen. Stijging creatinekinase.
Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb
Niet gebruiken bij een chronische of actieve leverziekte; zie ook rubriek Contra-indicaties. Hepatotoxiciteit kan optreden bij patiënten met en zonder bestaande leveraandoening. Vóór behandeling, en bij langere kuren regelmatig tijdens de behandeling de leverfunctie controleren (bv. na 4–6 weken behandeling). Instrueer de patiënt om zich direct te melden indien er tekenen van leverschade ontstaan zoals geelzucht, donkere urine, lichte/bleke ontlasting, onverklaarde aanhoudende misselijkheid, braken, buikpijn (rechts in de bovenbuik), verminderde eetlust/anorexie, jeuk en vermoeidheid. Evalueer dan onmiddellijk de leverfunctie; bij verhoogde waarden van de leverfunctietesten de behandeling direct staken.
Bij optreden van progressieve huidafwijkingen, zoals jeuk, uitgebreide huidaandoeningen, betrokkenheid van de mucosa, en/of met bv. keelpijn en/of koorts, de toediening staken. Wees voorzichtig bij bestaande psoriasis of cutane/systemische lupus erythematodes (SLE), vanwege de kans op een verergering van deze aandoeningen.
Bij optreden van bloedbeeldafwijkingen de oorzaak achterhalen en zonodig de behandeling staken. Bij het optreden van hoge koorts of keelpijn onderzoek uitvoeren naar hematologische reacties.
Onderzoeksgegevens: Er zijn volgens de fabrikant onvoldoende gegevens over de werkzaamheid en effectiviteit bij:
Terbinafine remt CYP2D6.
Relevant:
Terbinafine verhoogt de concentratie van CYP2D6-remmers, en van carbamazepine.
Geen interactie:
In de literatuur is onvoldoende onderbouwing voor interactie met orale anticonceptiva.
Niet relevant:
Afname terbinafine: de concentratie daalt door rifampicine.
Toename terbinafine: de concentratie stijgt door cimetidine en fluconazol.
Terbinafine verhoogt de concentratie van CYP2D6-remmers.
Niet beoordeeld:
Terbinafine verhoogt de klaring van ciclosporine met ong. 15%.
Deze pagina geeft een overzicht van geneesmiddelen uit dezelfde ATC groep. Let op: Dit betekent niet per definitie dat deze middelen onderling uitwisselbaar zijn.
ANTIMYCOTICA VOOR SYSTEMISCH GEBRUIK | ||
---|---|---|
D01BA01 |