Selectieve 5HT3-(= serotonine3-)receptorantagonist. De braakreflex die optreedt na cytostaticagebruik of radiotherapie berust waarschijnlijk op het vrijkomen van serotonine. Door blokkering van 5HT3-receptoren in het maag-darmkanaal en de hersenstam gaat granisetron deze braakreflex tegen. Er is geen duidelijke relatie tussen de plasmaconcentratie en het anti-emetisch effect.
Uit de studie van Wada et al. (N=7, 2 -15 jaar) blijkt dat de farmacokinetische parameters van granisetron kinderen met oncologische aandoeningen een uitgesproken inter-individuele variatie hebben. De volgende farmacokinetische parameters zijn gevonden:
Craft 1995 | Wada 2001 | |||
Leeftijd | 2-6 jaar | 7-11 jaar | 12-16 jaar | 2-15 jaar |
Cmax (mg/l) | 59.9 ± 57.3 | 41.5 ± 18.3 | 45.2 ± 23.7 | 60.1 ± 26.6 |
t½ (h) | 8.93 ± 7.14 | 6.22 ± 3.32 | 5.82 ± 6.31 | 20.9 ± 20.8 |
Cl (ml/h/kg) | 193 ± 146 | 352 ± 341 | 360 ± 271 | 121 ± 76 |
Vd (l/kg) | 1.44 ± 0.487 | 1.81 ± 0.712 | 1.32 ± 0.514 | 2.57 ± 1.87 |
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Misselijkheid en braken
Oraal:
< 12 jaar: Off-label
> 12 jaar en > 50 kg: On-label
Intraveneus:
< 2 jaar: Off-label
≥ 2 jaar: On-label
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Conc. voor infusieopl. (als hydrochloride) 1 mg/ml
Injectievloeistof (als hydrochloride) 1 mg/ml,
Tablet (als hydrochloride) 1 mg, 2 mg
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Preventie en behandeling van postoperatieve misselijkheid en braken |
---|
|
Misselijkheid en braken bij chemotherapie |
---|
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Er zijn geen gegevens bekend over doseeraanpassing bij nierfunctiestoornissen bij kinderen. De fabrikant geeft aan dat er geen speciale voorzorgmaatregelen vereist zijn bij patiënten met een nierinsufficiëntie.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Hoofdpijn, pijn in de onderbuik, obstipatie, diarree, slaperigheid en insomnia.
Zeer vaak (> 10%): hoofdpijn. Obstipatie.
Vaak (1-10%): slapeloosheid, diarree. Verhoogde waarden levertransaminasen.
Soms (0,1-1%): overgevoeligheidsreacties zoals anafylaxie en urticaria. Huiduitslag. Artralgie. Extrapiramidale reacties. Serotoninesyndroom. ECG-afwijkingen zoals QT-verlenging. Verminderde eetlust, droge mond, misselijkheid, braken. Vertigo. Pleister: irritatie op de aanbrengplaats.
Zelden (0,01-0,1%): dystonie, dyskinesie.
Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Er zijn van dit middel geen klinisch relevante contra-indicaties bekend.
Aangezien granisetron de darmmotiliteit kan verminderen, dienen patiënten met verschijnselen van (sub-)acute darmobstructie na toediening van granisetron nauwlettend te worden vervolgd. Er zijn studies waarin een kleine, klinisch niet relevante, QT-interval verlenging is waargenomen bij kinderen. Pas voorzichtigheidshalve op bij kinderen met risicofactoren voor QT-verlenging.
Voorbijgaande ECG-veranderingen, inclusief verlengd QT-interval en 'torsade de pointes', kunnen voorkomen. Wees voorzichtig bij een groter risico van verlenging van het QT-interval of hartaritmieën.
Wees voorzichtig bij tekenen van een subacute darmobstructie, omdat 5HT3-receptorantagonisten de darmmotiliteit kunnen verminderen.
Tevens voorzichtig zijn bij een gestoorde leverfunctie; er is niet aangetoond dat er meer bijwerkingen optreden, maar vanwege het metabolisme via de lever voorzichtig toepassen.
Kruisovergevoeligheid tussen selectieve 5HT3-receptorantagonisten kan voorkomen.
Er zijn gevallen van het serotoninesyndroom gemeld bij het gebruik van 5HT3-receptorantagonisten (vaak in combinatie met andere serotonerge geneesmiddelen zoals een SSRI); controleer op symptomen passend bij het serotoninesyndroom.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Niet beoordeeld: het analgetische effect van paracetamol kan afnemen.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
SEROTONINE-ANTAGONISTEN | ||
---|---|---|
Zofran
|
A04AA01 |
OVERIGE ANTI-EMETICA | ||
---|---|---|
Emend, Ivemend
|
A04AD12 | |
Scopoderm
|
A04AD01 |
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.