Enfuvirtide

Stofnaam
Enfuvirtide
Merknaam
Fuzeon
ATC code
J05AX07
Doseringen
Nierfunctiestoornissen

Produkten, hulpstoffen, toediening en tekorten
Bijwerkingen
Contraindicaties
Waarschuwingen en voorzorgen

Interacties
Eigenschappen (PD/PK)

Registratiestatus
Middelen uit dezelfde ATC groep
Referenties
Versiebeheer

Eigenschappen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Fusieremmer. Enfuvirtide is een peptide die de fusie van het HIV met de humane CD4-cel remt door een extracellulaire binding aan het HIV-1 viruseiwit gp41. Hierdoor blokkeert enfuvirtide het binnendringen van het virale DNA in de target-cel. Enfuvirtide heeft geen intracellulaire activiteit. HIV-2 is intrinsiek resistent voor enfuvirtide.

Farmacokinetiek bij kinderen

Er is hier op dit moment nog geen informatie over beschikbaar.

Label dosisadvies Kinderformularium

On-label

Toon SmPC tekst Toon SmPC tekst

SmPC tekst

HIV
> 6 jaar: 4 mg/kg/dag in 2 doses, max 180 mg/dag

Beschikbare toedieningsvormen/sterktes

Poeder voor inj.vlst. 90 mg + 1 ml oplosm.

Overige info toediening/beschikbaarheid

Informatie over geneesmiddeltekorten

Doseringen

Behandeling HIV infectie
  • Subcutaan

Nierfunctiestoornissen bij kinderen > 3 maanden

GFR ≥10 ml/min/1.73m2: aanpassing van de dosering is niet nodig.

GFR <10 ml/min/1.73m2: een algemeen advies kan niet worden gegeven.

Bijwerkingen algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Zeer vaak (> 10%): eosinofilie. Perifere neuropathie. Gewichtsafname. Reacties op de plaats van injectie (bij 98%) zoals: pijn/ongemak, verharding, erytheem, knobbeltjes en cysten, pruritus, ecchymosis; deze klachten duurden in het algemeen een week of minder.

Vaak (1-10%): pneumonie, sinusitis, griepachtige verschijnselen, lymfadenopathie, neusverstopping, oorinfectie, conjunctivitis, papilloma van de huid. Myalgie, asthenie. Anorexie, gastro-oesofageale refluxziekte, diabetes mellitus, pancreatitis. Tremor, hypo-esthesie, concentratiestoornis, draaiduizeligheid, angst, nachtmerrie, irritatie. Nierstenen, hematurie. Epistaxis. Seborroïsch eczeem, erythema, acne, droge huid. Laboratorium afwijkingen van: triglyceriden, ALAT, ASAT, creatinekinase, γ-GT en hemoglobine. Infectie op de injectieplaats (incl. abces, cellulitis).

Zelden (0,01-0,1%): overgevoeligheidsreacties (symptomen: lage bloeddruk, koorts, koude rillingen, misselijkheid, braken, benauwdheid, huiduitslag, glomerulonefritis en primaire reacties op immuuncomplexen).

Anti-retrovirale combinatietherapie (cART) is in verband gebracht met een herverdeling van lichaamsvet (lipodystrofie), metabole stoornissen (zoals hypertriglyceridemie, hypercholesterolemie, hyperlactatemie, insulineresistentie, hyperglykemie en het ontstaan of verergering van diabetes mellitus).

Gemeld zijn gevallen van osteonecrose, vooral bij gevorderde HIV-infectie of langdurige blootstelling aan combinatietherapie; wees hierop bedacht bij het optreden van pijnlijke gewrichten en/of het stijf worden van gewrichten.

Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb

  • Bij kinderen worden veel geneesmiddelen off-label gebruikt. Alle ervaringen zijn belangrijk om te melden om zo meer kennis te verzamelen en te delen
  • Ook wanneer u niet zeker weet of de bijwerking echt door het geneesmiddel komt
Meld hier

Waarschuwingen en voorzorgen algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Mutaties op de aminozuurposities 36-45 van het HIV-1 viruseiwit gp41 geven een wisselende mate van resistentie tegen enfuvirtide.

Bij het optreden van systemische overgevoeligheidsreacties de behandeling staken; de behandeling met enfuvirtide bij deze patiënten niet meer hervatten. Wees voorzichtig bij bestaande leveraandoeningen, leverenzymafwijkingen of hepatitis.

De veiligheid en werkzaamheid van enfuvirtide zijn niet vastgesteld bij significante onderliggende leveraandoeningen. Bij toepassing van anti-retrovirale combinatietherapie bij patiënten met chronische hepatitis B of C is er meer kans op ernstige, potentieel fatale leverbijwerkingen. Bij verslechtering van een eerder bestaande leveraandoening onderbreking of beëindiging van de behandeling overwegen.

Wees voorzichtig bij ernstige immunodeficiëntie in verband met meer kans op een ontstekingsreactie op asymptomatische of nog aanwezige opportunistische pathogenen die tot ernstige klinische ziektebeelden (zoals CMV-retinitis, focale en/of gegeneraliseerde micobacteriële infecties of een Pneumocystis jiroveci pneumonie) kunnen leiden. In dit kader kan ook het immuunreconstitutiesyndroom voorkomen met bv. reactivering van herpesinfecties of auto-immuunziekten (zoals. M. Graves), de tijd tot het begin van de ziekte is echter variabeler. Het immuunreactiveringssyndroom kan vele maanden na het starten van de therapie optreden.

Er is geen ervaring bij een leeftijd > 65 en bij kinderen < 6 jaar. Er zijn weinig gegevens over het gebruik bij matig-ernstige tot ernstige nierfunctiestoornissen en door dialysepatiënten.

Interacties Bron: KNMP Kennisbank

Heeft geen relevante invloed op CYP-enzymen en wordt zelf niet gemetaboliseerd via CYP-enzymen.

Relevant: de toxiciteit van tipranavir kan toenemen.

DIRECT WERKENDE ANTIVIRALE MIDDELEN

Deze pagina geeft een overzicht van geneesmiddelen uit dezelfde ATC groep. Let op: Dit betekent niet per definitie dat deze middelen onderling uitwisselbaar zijn.

NUCLEOSIDEN EN NUCLEOTIDEN (EXCL. REVERSE-TRANSCR-REMMERS)
J05AB01
J05AB12

Ganciclovir

Cymevene
J05AB06

Remdesivir

Veklury
J05AB16

Valaciclovir

Zelitrex
J05AB11

Valganciclovir

Valcyte
J05AB14
FOSFONZUURDERIVATEN

Foscarnet

Foscavir
J05AD01
PROTEASEREMMERS

Atazanavir

Reyataz
J05AE08

Darunavir

Prezista
J05AE10

Fosamprenavir

Telzir
J05AE07

Indinavir

Crixivan
J05AE02

Ritonavir

Norvir
J05AE03

Saquinavir

Invirase
J05AE01
NUCLEOSIDE EN NUCLEOTIDE REVERSE-TRANSCRIPTASEREMMERS

Abacavir

Ziagen
J05AF06

Emtricitabine

Emtriva
J05AF09

Entecavir

Baraclude
J05AF10

Lamivudine

Epivir 3TC, Zeffix
J05AF05
J05AF13
J05AF07

Zidovudine

Retrovir AZT
J05AF01
NIET-NUCLEOSIDE REVERSE-TRANSCRIPTASEREMMERS

Doravirine

Pifeltro
J05AG06

Efavirenz

Stocrin
J05AG03

Etravirine

Intelence
J05AG04

Nevirapine

Viramune
J05AG01

Rilpivirine

Edurant
J05AG05
NEURAMINIDASEREMMERS

Oseltamivir

Tamiflu
J05AH02

Zanamivir

Relenza, Dectoza
J05AH01
ANTIVIRALE MIDDELEN VOOR HIVINFECTIE, COMBINATIEPREPARATEN
J05AR02
J05AR20
J05AR13
J05AR25
J05AR18
J05AR19
J05AR03
J05AR09
J05AR10
OVERIGE ANTIVIRALE MIDDELEN

Dolutegravir

Tivicay
J05AX12

Maraviroc

Celsentri
J05AX09

Raltegravir

Isentress
J05AX08
J05AX24
ANTIVIRALE MIDDELEN VOOR BEHANDELING VAN HCV-INFECTIES
J05AP54
J05AP57
J05AP51

Ribavirine

Copegus, Rebetol
J05AP01

Sofosbuvir

Sovaldi
J05AP08
J05AP55

Referenties

  1. Roche Registration Limited, SmPC Fuzeon (EU/1/03/252/001) 02-09-2016
  2. Panel on Antiretroviral Therapy and Medical Management of HIV-Infected Children. , Guideline for the use of Antiretroviral agents in pediatric HIV infection, https://aidsinfo.nih.gov/guidelines/html/2/pediatric-arv-guidelines/138/enfuvirtide, Geraadpleegd 15 feb 2017
  3. Bamford, A., et al (PENTA Steering Committee) (2015), Paediatric European Network for Treatment of AIDS (PENTA) guidelines for treatment of paediatric HIV-1 infection 2015: optimizing health in preparation for adult life. , HIV Med, doi:10.1111/hiv.12217
  4. ZorgInstituut Nederland, Farmacotherapeutisch Kompas (Eigenschappen, Contra-Indicaties, Bijwerkingen, Waarschuwingen en Voorzorgen), Geraadpleegd 15 feb 2017
  5. Informatorium Medicamentorum, (Interacties, verminderde nierfunctie), Geraadpleegd 15 feb 2017

Wijzigingen

  • 17 februari 2017 11:49: NIEUW TOEGEVOEGD

Therapeutic Drug Monitoring


Overdosering